Esther de Baat (28) startte twee maanden geleden met haar nieuwe baan bij softwarebedrijf Verizon Connect. Toen ze verplicht thuis moest gaan werken besloot ze zich in te zetten voor het Aandachtcentrum van OpenJeHart en Mantelkring. Dagelijks belt ze leden. ‘Ik ben deze periode meer en meer gaan realiseren hoe waardevol gesprekken met andere mensen zijn.’
Esther vertelt waarom ze zich met hart en ziel inzet voor het Aandachtcentrum:
‘Vol goede moed zat ik dagelijks in de trein naar Utrecht op weg naar mijn nieuwe werkomgeving. Totdat bekend werd dat we allemaal thuis moesten werken.’
‘Thuiswerken ben ik wel gewend vanuit mijn vorige baan, maar niet alle dagen van de week. Weken lang. Maanden lang. Ik zit thuis, alleen, geen collega waar je even koffie mee kan halen voor een gezellig praatje. Ik ben deze periode meer en meer gaan realiseren hoe waardevol gesprekken met andere mensen zijn. ‘
‘Ik ben zelf 28 jaar, woonachtig in Amsterdam en hou van de praatjes op straat met mijn buren of met een ‘vreemde’ op een bankje in het park.’
‘Mijn moeder is al jaren vrijwilliger bij Open je Hart en haar verhalen over haar werk hebben mij altijd geraakt. Vanuit mijn eigen besef over hoe belangrijk gesprekken met een ander zijn en mijn moeders verhalen over vrijwilligerswerk wilde ik mij ook graag inzetten als vrijwilliger.’
‘Dagelijks bel ik leden voor een praatje. We hebben het vaak over heerlijk onbenullige dingen als wat nou eigenlijk het verschil is tussen bloem en meel. We delen recepten voor nieuwe taarten, delen onze ongerustheid of we niet veel te dik worden na deze coronatijd. We hebben het over het weer en beschrijven de buurt waarin we wonen. We vergeten beide even de eenzame crisistijd waarin we leven. Het moment waarop je dan aan de andere kant van de lijn hoort: ‘Wat fijn dat u mij even belt, zo’n praatje mis ik zo erg. Ik kijk uit naar over een week als u weer belt’ betekent veel voor mij. ‘Wat fijn dat ik u mág bellen mevrouw!’. Ik hang altijd op met een glimlach. Blij dat mijn dag even doorbroken is door een gesprek met een ‘vreemde’ waar ik altijd zo van hield.’